Het belangrijkste voor een merkhouder (de eigenaar van het merk) is dat hij het alleenrecht op het gebruik van zijn merk heeft voor de producten en diensten waarvoor het merk is ingeschreven. 

Daarnaast is het van belang dat een merkhouder zijn merk ook daadwerkelijk gebruikt: de gebruiksplicht. Doe je dit niet, dan vervalt je merkregistratie na 5 jaar, als een ander dit merk heeft aangevochten. 

Als je gedurende 5 jaar een inbreukmakend merk naast jouw merk accepteert (en hier dus niets tegen onderneemt), dan verlies je het recht om alsnog op te treden. Andersom kan dit ook in jouw voordeel werken als je zelf een merk hebt ingeschreven: na 5 jaar kan iemand niet alsnog bezwaar maken dat jij dat merk gebruikt. 

Verder moet je goed in de gaten houden dat, als je een beeldmerk of woordbeeldmerk geregistreerd hebt, je ook echt alleen dat merk gebruikt. Gebruik je een logo dat je door de tijd heen hebt aangepast, dan loop je het risico dat jouw gewijzigde merk niet goed beschermd is. Houd dit dus altijd goed in de gaten!

Wanneer de merkrechten van de ene merkhouder overgaan op de andere merkhouder, moet je goed in de gaten houden waar de merkrechten precies liggen. Als onderneming B merkhouder is geworden van het merk van onderneming A, kan onderneming A namelijk niet meer optreden tegen eventuele merkinbreuken door anderen. Wil je dat beide bedrijven deze merkrechten hebben? Dan kun je beter voor een licentieovereenkomst kiezen.

Als jouw persoonlijke merkbewaker houdt Merk-Echt bovengenoemde situaties zorgvuldig voor je in de gaten. We trekken aan de bel als er actie vereist is - en adviseren je over de te nemen stappen.